Moeder krijgt geen vervangende toestemming om met kinderen van Ridderkerk naar Hoofddorp te verhuizen. Rechter vindt dat er geen objectieve (dringende) noodzaak voor de verhuizing bestaat. Hoofdverblijfplaats kinderen bij vader in Ridderkerk bepaald.
Noot familiemediator Margriet van Ham: uit de beschikking van de rechtbank blijkt dat de ouders (die een 50-50-zorgverdeling hadden) onderling al afspraken hadden gemaakt voor de gevallen dat de rechter wel of geen toestemming tot verhuizing met de kinderen zou geven. Moeder wilde namelijk hoe dan ook verhuizen, desnoods zonder de kinderen. En vader was bereid full time voor de kinderen te gaan zorgen. Dit soort afspraken rond een beoogde verhuizing lenen zich doorgaans goed voor (familie)mediation. Het doorhakken van de knoop mbt de verhuizing van een ouder met de kinderen zelf kan dan aan de rechter worden overgelaten. Ouders vinden dat soms een te principiële zaak om zelfstandig op te lossen. Overigens brengt een kindgesprek dikwijls uitkomst. Er komen dan belangen naar boven die kinderen vaak niet tegenover hun ouders hebben durven uitspreken.