Door grootouders beoogde schenking aan kleinkinderen met bewindvoering. Verreikende voorwaarden mbt levensstijl:
“Al hetgeen uit de onderhavige schenking wordt verkregen, waaronder begrepen de revenuen en herbeleggingen daarvan, zal onder bewind staan. (…)
Met betrekking tot dit bewind gelden de volgende bepalingen:
a. Het bewind vangt heden aan en eindigt als de jongste van de onderbewindgestelden de leeftijd van vijfendertig (35) jaren heeft bereikt. In tegenstelling tot het vorengenoemde geldt het bewind levenslang indien de begiftigde:
1. verslaafd is aan drugs of verslaafd is geweest;
2. verslaafd is aan alcohol of verslaafd is geweest en/of zich in coma heeft gedronken;
3. verslaafd is aan roken, lachgas of inhaleren van andere schadelijke middelen voor de gezondheid;
4. zich met meer dan één tatoeage heeft laten ontsieren groter dan twintig vierkante centimeter (20 cm2);
5. door géén gebruik te maken van zijn of haar talenten en zich niet ingespannen heeft om op basis van zijn of haar capaciteiten een eigen inkomen te generen;
6. door slecht beheer van zijn of haar financiële middelen een registratie heeft bij de Stichting Bureau Krediet Registratie (BKR); een registratie bij de Stichting Bureau Krediet Registratie geldt niet indien die tot stand is gekomen omdat men goederen heeft gekocht op afbetaling;
7. zijn of haar gezondheid dusdanig heeft verwaarloosd zodat ten gevolge daarvan zijn of haar body mass index (BMI) meer bedraagt dan vijf en twintig (25) voor vrouwelijke begiftigden of acht en twintig (28) voor mannelijke begiftigden of morbide obesitas heeft;
8. met justitie in aanraking is geweest en middels een veroordeling een strafblad heeft gekregen;
9. door haar of zijn onverantwoord rijgedrag zwaar lichamelijk letsel en schade heeft toegebracht aan zichzelf of aan derden.
Indien de begiftigde vijf (5) jaar na de constatering van de punten 1. tot en met 8. hiervoor genoemd kan aantonen dat hij of zij ontdaan is van de zaken zoals in deze punten gemeld, dan wordt het bewind over het vermogen opgeheven ten gunste van de begiftigde en gelden de gewone regels zoals onder a. genoemd.
(…)
h. (…)
(…) Het geld mag worden aangewend voor een studie met dien verstande dat de uitkering jaarlijks niet meer mag bedragen dan één vijf/tiende (1,5) keerde leenbeurs die dan geldt van de Rijksoverheid. Een uitkering voor studie mag maximaal twee (2) jaar worden gedaan, indien géén vooruitgang is gemaakt met de studie.
Indien verzorging vereist is die niet wordt betaald uit de ziektekostenverzekering of andere sociale wetgeving, dan mag het bedrag worden aangewend tot maximaal het bedrag van de thans geldende persoonsgebonden budget. Indien het kapitaal niet wordt gebruikt voor a) de eigen woning; b) studie; c) verzorging; dan dient het vermogen/kapitaal te worden aangewend voor het verkrijgen van een pensioenvoorziening die ingaat op de vijf en zestigste (65e) verjaardag van de verkrijger.
(…)
m. Het is de wens van de schenkers dat deze bepalingen omtrent het bewind ook gelden voor de eerder gedane schenkingen aan de kleinkinderen.”
Rechter: grootouders niet-ontvankelijk in verzoek tot machtiging moeder tot aanvaarding schenking namens de kinderen. Ze zijn immers geen wettelijk vertegenwoordiger van de kinderen. Ten overvloede overweegt de kantonrechter dat hij de machtiging gezien art. 1:356 BW ook niet zou hebben verleend als grootouders wél ontvankelijk waren geweest in hun vordering. Ook houdt hij de grootouders voor dat er andere manieren zijn om (klein-) kinderen de juist geachte levensstijl mee te geven.
Noot familiemediator: ik ben vreselijk benieuwd wat het verhaal achter dit verhaal is. Het bevredigende van mediation is dat je er tijdens de gesprekken achter kunt komen wat de ander bezielt en over en weer begrip kunt krijgen voor elkaars belangen. Daar kunnen mooie oplossingen uit voortvloeien. De zaak hierboven kende slechts verliezers als ik op de uitspraak mag afgaan. De grootouders besloten niets meer te schenken.